woensdag 20 mei 2015

Kubussen

De laatste les beeldende vorming alweer, waarin we gingen tekenen met houtskool! De eerste opdracht (1) was het tekenen van een kubus. Het bleek dat het tekenen van een kubus leidt tot cliché beelden. Het is geen correcte weergave van de werkelijkheid. Een kubus hoor je dan in lijnperspectief te tekenen. De tweede opdracht (2) was een klassieke tekenopdracht met alleen een technisch doel. Het beeldend doel is opgelost door de docent, want de docent heeft alles voorgedaan. De derde opdracht (3) was het tekenen van een grappige kubus, dit was een vrije opdracht. Deze opdracht leidde tot subjectieve beoordeling. De beoordeling was namelijk gebaseerd op de mening van de docent: vindt hij/zij het grappig? Een beeldend doel was aanwezig in deze opdracht, namelijk een grappige kubus. Voor een technisch doel was deze opdracht te vrij. De vierde opdracht (4) was het tekenen van een verlegen kubus. De opdracht was om iets te doen met de lijnvoering, dus categorie lijnen. Bij het beoordelen bleek de kubus van opdracht drie eigenlijk ook wel verlegen te zijn. Bij opdracht vier moest je minder nadenken, omdat al gegeven was dat je iets met de lijnen moest doen. Het beeldend doel is verlegen, het technisch doel is lijnen. De opdracht is gekaderd. Binnen het kader had je de vrijheid om een oplossing te zoeken. De vijfde en tevens laatste opdracht (5) was om een woedende kubus te tekenen binnen een paar seconden. Hierdoor had je geen tijd om na te denken en tekende je het eerste wat er in je opkwam. Deze opdracht heeft dezelfde doelen als bij opdracht 4. Deze opdracht is een voorbeeld van een beeldend probleem. Als eindopdracht voor beeldende vorming moesten we een goede beeldende vorming les in elkaar zetten op een lesvoorbereidingsformulier.







Foto uit een film en vragen bij een poster

In deze beeldende vorming les kregen we allemaal een foto van een filmfragment. Het fragment dat ik kreeg was een foto van Gru uit de film Verschrikkelijke Ikke. Iedereen kreeg ook een blaadje met tekst erop; die tekst moest gelegd worden bij het juiste plaatje. Uiteindelijk hoorde bij mijn plaatje de tekst: kleurtemperatuur: warm. Op het plaatje was Gru te zien, met allemaal rode lazerlampen op hem gericht. De tekst, kleurtemperatuur: warm, past bij dit plaatje, omdat bij Gru letterlijk het vuur onder zijn voeten staat. Hij krijgt het er warm van, en dit alles wordt duidelijk gemaakt door de warme kleuren die gebruikt zijn (veel rood).

Na deze opdracht gingen we met de klas een poster van de film Rio bekijken. Hierbij gingen we vragen bedenken. Er konden verschillende soorten vragen gesteld worden bij de poster. Wanneer je vragen aan je klas gaat stellen over een poster, kan je het beste beginnen met een startvraag, zoals: wie kan kort samenvatten waar de film over gaat? Door deze vraag te stellen, krijg je inzicht in wie de film al gezien hebben en krijgen de kinderen die de film nog niet gezien hebben, gelijk een samenvatting te horen over wat er gebeurd in de film. Daarna kan je een onderzoeksvraag stellen, zoals bijvoorbeeld: wat is er te zien op de foto? Als er dieren op de poster staan: wat voor dieren zie je? Waaraan zie je dat het een mannetje of vrouwtje is? Waarom heeft het dier dingen bij zich? Daarna komen de analysevragen, zoals: wanneer heb jij de dingen bij je die het dier bij zich heeft op de poster? Beschrijf eens of het dier zich op de poster thuis voelt, waarom wel of niet, waar zie je dat aan? Hierna volgen de speculatieve vragen: die dieren lijken verliefd, zullen ze al een stelletje zijn? Als laatste kan je overgaan op de oordelende vragen, dit zijn mening vragen. Hierna hebben we deze soorten vragen toegepast op de poster van Big Hero 6 (in samenwerking met Hanna Venderbos).
De link naar de Big Hero 6 poster:
 http://www.thinglink.com/scene/643044281270927361

Tekeningen van een voorwerp

Bij de volgende les ging het om het tekenen van een voorwerp. Het voorwerp dat ik had gekozen was een flesje. Dit flesje moest getekend worden vanuit het perspectief van drie verschillende stromingen. Dit deden we met behulp van de tablet en een (heel mooi) tekenprogramma. De stromingen waaruit ik mijn tekeningen heb gemaakt zijn het pointillisme, het futurisme en het impressionisme. De tekening die is getekend vanuit het pointillisme is te herkennen aan de kleine puntjes die samen de tekening vormen. De futuristische tekening is te herkennen aan de herhaling van de flesjes, bij deze stroming heb ik drie tekeningen gemaakt. De laatste tekening hoort bij het impressionisme, dit is te herkennen aan de typische lichtval, de schaduw en het glimmen van het flesje. Het flesje is getekend van donker naar licht.



Stop Motion

De opdracht in de volgende les was om een Stop Motion te maken van ons angstaanjagende PaboSnelheidsMonster. Het ging bij deze opdracht erom dat je snelheid zag, een strijd met een ander racemonster en het moest eindigen met een crash. We pasten ambachtelijke werkprocessen toe. Het maken van de Stop Motion bleek veel moeilijker dan gedacht. Met behulp van een groene achtergrond konden we zelf een achtergrond via de tablet toevoegen, omdat tegen het groene alles wegviel bij de Stop Motion app. Het bleek heel lastig te zijn de voertuigen en extra dingen stukje voor stukje te verschuiven. Een langzaam en vermoeiend proces. Door extra voorwerpen toe te voegen, zoals wolkjes, kon er extra nadruk gelegd worden op de snelheid. Doordat de wolkjes bewogen, leek het alsof de racemonster heel snel gingen. De Stop Motion is zeker niet perfect, maar we hebben ons uiterste best gedaan er iets goeds van te maken! 
De link naar het Stop Motion filmpje: 
https://www.dropbox.com/sh/hxevb5u2jl6snrn/AAAl1sWYNqRcvePM575irI7ka?oref=e#lh:null-My_Stop_Motion_Movie.mov


Racemonster

De tweede beeldende vorming les en dus de tweede opdracht. Met als technisch doel dat we een gestroomlijnd en snel voertuig moesten bouwen, met bewegende delen. Het beeldende doel was dat het voertuig eruit moest zien als een gevaarlijk monster. Het PaboSnelheidsMonster is angstaanjagend gemaakt door de rode tong, het grote oog en de verschillende uitstekende sliertige poten. Dat het een snel monster is, is te zien aan de spitse voorkant, de vlammen die uit de achterkant schieten, de groene vleugels die naar achteren geblazen worden en de stekels die ook naar achteren staan. Ons monster is een vliegende verschrikking, te zien aan de watten/wolken onder het monster. Er is te zien dat er gebruik gemaakt is van verschillende assemblagetechnieken. Niet alleen is er gebruik gemaakt van lijm en plakband, ook zijn er delen in elkaar gehaakt, zoals de spitse voorkant. Daarnaast zijn er dingen in gevouwen, zoals duidelijk te zien is bij de tong. Als laatste zijn ook goed de knopen te zien waarmee de poten zijn vastgemaakt aan het monster, deze poten kunnen ook bewegen (in samenwerking met Marijn van Vliet).

maandag 16 maart 2015

Lesfasenmodel; een hoge papieren toren bouwen.

De eerste les beeldende vorming. Daar hoort ook een eerste opdracht bij. We kregen een gedetailleerde instructiekaart. Er stond een leuk inleidend verhaaltje bij en er stond duidelijk bij waaraan de opdracht moest voldoen. We moesten een zo hoog mogelijke toren bouwen met papier, waarop het beste restaurant van de wereld op stond aangekondigd. Dat was best lastig, want hoe maak je papier zo stevig mogelijk? Hoe krijg je de toren zo hoog mogelijk zonder dat hij instort? Dat stond niet op de instructiekaart, dus daar moesten we goed over nadenken. Dat maakte de opdracht ook meer uitdagend. Uiteindelijk waren we trots op het resultaat!